348 DE DEUGD VAN HIPPOLYTE

Brussel - 25 juni 2022 - Koninklijke Musea der Schone Kunsten van België. Tussen 'De Sint-Hubertusmis' en 'De Haagbeukendreef' door Hippolyte Boulenger (1871) in.  Foto: echtgenoot Aad.
Brussel - 25 juni 2022 - Koninklijke Musea der Schone Kunsten van België. Tussen 'De Sint-Hubertusmis' en 'De Haagbeukendreef' door Hippolyte Boulenger (1871) in. Foto: echtgenoot Aad.

HUMORISTISCHE KANTTEKENINGEN

Thea-Warrior

 

In het Old Masters Museum tref ik Hippolyte Boulenger niet. Zijn schilderijen moeten zich wel in het gebouw van de Koninklijke Musea bevinden. Maar waar? Wat zoekwerk op het web vertelt dat we in het Musée Fin-de Siècle moeten zijn. Een combinatieticket voor beide musea zou handiger zijn geweest, maar dat aanbod heb ik niet gezien. Even in de rij staan en dan gaat het met de juiste meerprijs ook.

Een entreetotaal van dertig euro voor twee personen.

Etage voor etage dalen we af in het Musée Fin-de-Siècle. Waarna ik op de zesde verdieping onder de grond gelukkig sta te zijn bij het schilderij 'De Haagbeukendreef' van Hippolyte Boulenger. 

Gezien de belichting en met het museumglas ervoor is het wat moeilijk om foto's zonder weerschijn te maken. Hoeft ook niet meer. Ernaast hangt 'De Sint-Hubertusmis', eveneens uit 1871. Blijkbaar kan in deze tijd geluk nog heel gewoon zijn. Iets verderop hangt uit hetzelfde jaar een derde schilderij door Hippolyte: Winter-Avondschemering. 

 

In alle drie kan ik de optische illusies waarnemen. Zelfs gewoon recht van voren. Het is alsof mijn hersenen weten wat ze in de waarneming moeten doen. In 'Winter-Avondschemering' lijkt een jager op de grond te liggen...wachtend op het wild dat het open terrein zal opkomen. Van afstand en wat schuin van onder bekeken lijkt de jager tevens een halve tovenaar met een bloemenkrans op zijn hoofd. Hij lijkt naar zijn hijgende hondje te kijken. Als ik niet focus op het gezicht van de tovenaar lijkt een kabouter, de behoeder van het terrein, aanwezig te zijn. Met piekerig haar (de eerdere bloemenkrans) op zijn hoofd kijkt hij naar rechts. En dan lijkt een vos de jager te pakken te hebben! Het is bizar hoe Hippolyte het allemaal voor elkaar heeft gekregen. Waarschijnlijk geniet hij van zijn ongemene vaardigheid! O, op een uitvergroting van het werk lijkt centraal bovenaan (in de lucht) een armoedig meisje te staan.

In het centrum van 'De Sint-Hubertusmis' heeft Hippolyte een mol in een molshoop geschilderd. Tevens verwijlen twee grote hoofden in de lucht: een vrouw van links lijkt toe te neigen naar een man aan de rechterkant. Tussen de boomtakken zitten meerdere gezichten verstopt en er is nog meer te zien! Onder andere een prachtige, lachende, oudere dame met onderkin. Het geheel is sprookjesachtig schoon en de optische illusies gaan door elkaar heen!

 

Klik op de afbeelding voor een vergroting.

 

Is dit dan het eind van het Intermezzo Dwalende Ogen? Ik geloof dat ik nog maar weinig aan het werk van Mia Lederer en Hippolyte Boulenger kan toevoegen. Het is al heel mooi zo. Allebei zijn jet gedreven kunstenaars geweest. Beiden hebben de satire een warm hart toegedragen. Mia ondermeer met haar tekeningen in het Duitse tijdschrift Ulenspiegel en Hippolyte heeft in 1869 enkele gave etsen geleverd voor de tweede editie van het boek door Charles de Coster over de legende van Tijl Uilenspiegel en Lamme Goedzak (La légende et les aventures héroiques, joyeuses et glorieuses d'Ulenspiegel et de Lamme Goedzak au pays de Frandres et ailleurs).

 

Ets door Hippolyte Boulenger voor de frontispice van het boek 'Tijl Uilenspiegel' door Charles de Coster (1869). Publiek domein, via Wikimedia Commons.
Ets door Hippolyte Boulenger voor de frontispice van het boek 'Tijl Uilenspiegel' door Charles de Coster (1869). Publiek domein, via Wikimedia Commons.

Nieuwsgierig lees ik dit boek opnieuw en nù - beter bekend met de Tachtigjarige Oorlog, de Spaanse heerschappij en de strijd in de Lage Nederlanden - ben ik diep onder de indruk van de kennis van Charles de Coster en van Tijl's streken. Vlaams-Nederlandse tradities passeren uitgebreid de revue. Heftig zijn de passages waarin de vader van Tijl, Klaas, die zogenaamd de Roomse kerk heeft verlaten, een erfenis wordt misgund en op de brandstapel ter dood wordt gebracht. Na vaders' dood stopt moeder Soeteke zijn as in een zijden rood-zwart zakje en hangt dit als herinnering aan 'zijn bloed en onze rouw' op de borst van Tijl. 

Kort daarop wordt Tijl zelf gruwelijk gemarteld. Als in latere verhalen zijn slimme streken aan bod komen (waarbij hij in principe de mensen met hun zwakheden tegen elkaar uitspeelt) motiveert en verantwoordt hij zijn keuzes en gedrag regelmatig door te zeggen: "De as klopt op mijn borst."

 

Blijkbaar zijn er dingen die je moet doen! Zo is het Mia Lederer en Hippolyte Boulenger in hun werkzame leven waarschijnlijk óók vergaan. En ik? Ja, zó verhaal ik op Levend Web over mijn wederwaardigheden... over mijn Queeste en aanverwante gebeurtenissen.

Dat is waar ook! Het lijkt me goed om nog kort de rijke belevenissen van mijn echtgenoot en mijzelf in de contreien van Brussel aan te stippen. De vrolijke inborst van de vredelievende Belgen komt dan vanzelf aan bod en tevens hoe en waarom ik uiteindelijk in een filosofische, tevens wat weemoedige, gemoedstoestand duikel. 

 

Bronnen

- Afbeelding De Coster - La Légende d'Ulenspiegel - 1869. Publiek domein, via Wikimedia Commons. Op 1 juli 2022 van https://commons.wikimedia.org/wiki/File:De_Coster_-_La_Légende_d’Ulenspiegel,_1869_(page_10_crop).jpg?uselang=nl

- De Coster, C. (1993). TIJL UILENSPIEGEL - De legende en de heldhaftige, vrolijke en roemruchte avonturen van UILENSPIEGEL en Lamme Goedzak in Vlaanderen en elders. Amsterdam-Brussel: The Reader's Digest.

 

---> 349 IN RUISBROEK, LONDERZEEL EN MERCHTEM - Vrolijke Verrassingen

---> LIEFDE 2022 IDO Inhoud

---> QUEESTE

---> HOME