285 DE WEG NAAR HET EINDRESULTAAT

EEN CREATIEF PROCES MET OBSTAKELS

Thea-Warrior

 

Als ik de drie afbeeldingen op een rij zet, wordt het creatieve proces dat Jacques (Jacob) Jordaens in 1630 heeft doorlopen duidelijk. Voordat de schilder met zijn eerste opzet met Sint-Maarten centraal bovenaan (en zonder het energielijnenpatroon) naar de Sint-Maartensabdij afreist, zal er een verzoek of opdracht voor een memorieschilderij, geschonken door de nog immer treurende landvoogdes Isabella van Spanje, vanuit Doornik naar Antwerpen zijn gezonden.

Met de eerste versie reist schilder Jordaens af naar de Sint-Maartensabdij in Doornik om met de abt en mogelijk met de aldaar logerende landvoogdes Isabella een bespreking te voeren. Of heeft de abt de schilder in Antwerpen bezocht!? Nee, Jacques (Jacob) Jordaens heeft zeker met eigen ogen de abdijkerk van Sint Maarten willen zien.

Tijdens de besprekingen wordt de schilder ingewijd in het feitelijk bestaan en de exacte ligging van de energielijnen in de abdijkerk en wordt de eis gecommuniceerd dat dit energielijnenpatroon in het schilderij moet worden versleuteld... daar gaat de eerste opzet! Logisch, dat de prachtige afbeelding wordt afgewezen, maar Jacques (Jacob) behoudt de opdracht voor het altaarstuk wel.

 

Ondanks de afwijzing blijft de eerste versie een unieke pentekening; schilder Jordaens geeft een staaltje van zijn kunnen weg. Als ik mijn ogen ietwat dichtknijp en tussen mijn oogharen door van linksonder schuin omhoog naar de afbeelding tuur, dan vormt het donkere hoofd van de persoon voor de bezeten man, met het bovenlijf en de linkerarm van de bezetene zelf en de rechterarm van de man achter de bezetene samen een hondenkop. Het donkere hoofd vooraan vormt de neus!

Als ik een tweede keer kijk, maar dan vanuit het midden schuin naar links en het zwarte hoofd vooraan niet in mijn focus betrek, dan vormt het bovenlichaam met de linkerarm en het hoofd van de bezetene samen met het bovenlichaam en het hoofd van de man die hem vasthoudt eveneens een hondenkop. Een beetje poedel- of schnauzerachtig, nota bene met de tong uit de bek. Knappe, visuele illusies... Jacques (Jacob) Jordaens laat mij genieten. Welke interpretatie geldt? Is de bezetene hondsdol?

De schilder heeft iets met dieren, met honden! In elk werkstuk is een gewone bruin-witte hond opgenomen. Mogelijk is het de eigen familiehond. Ted Andrews (1997) vertelt dat de kwintessens van krachtdier Hond trouw en bescherming is. Honden zijn de beschermende kameraden van de mens. Hun liefde is reusachtig; zelfs als ze worden mishandeld blijven ze trouw!

 

Maar terug naar het overleg rond het altaarstuk in Doornik! Natuurlijk verneemt Jacques (Jacob) daar het verhaal, eeuwen geleden vastgelegd door hagiograaf Sulpicius Severus, van de wonderbaarlijke genezing van de dienstknecht van Tetrodius. 

 

 

Aansluitend bij de nieuwe eisen verandert de schilder de compositie. De smekend biddende oudere vrouw, landvoogdes Isabella van Oostenrijk, die reeds op de eerste tekening staat, wordt nu - ogenschijnlijk met een hofdame - tussen Sint Maarten en de bezetene afgebeeld. In de tweede versie gelijken de ramskoppen van het uiteindelijke schilderij wat vaag op cherubijnen. Op een later tijdstip wordt in de tweede opzet de bisschopsstaf van Sint Maarten toegevoegd, want staf en achtergrond schijnen door elkaar heen. Sint Brixius, de geestelijke van lagere rang, houdt de staf keurig vast. 'In de doorkijk' hebben lucht of hemel nog weinig vorm en de arcade aan de bovenkant zit half verborgen achter een soort theaterdoek.

Net als in de eerste versie staat Aartshertog Albrecht van Oostenrijk als grote sterke man rechts vooraan. In de tweede versie heeft hij weliswaar nog bruin haar, maar zijn baret met pluimen heeft hij thuisgelaten en hij vertoont zich nu meer als een halfnaakte Olympische sporter. De aartshertog is nu een van degenen die de bezetene met kracht in bedwang houden.

 

Door Jacques (Jacob) wordt de bezetene absoluut kuiser afgebeeld en getooid met zijn heidense tulband zetelt proconsul Tetrodius nu uitdrukkelijk achter het rode tafelkleed. Zijn wijdopen mond geeft zijn gezicht een tamelijk verbouwereerde, ontzette blik. Maar deze uitdrukking hebben meerdere personen in de tweede tekening met elkaar gemeen. In die zin kenmerkt deze voorstudie zich door een uitzonderlijke onderlinge samenhang.  Met zijn rechterwijsvinger wijst proconsul Tetrodius vrij maniëristisch één van de energielijnen - de geelgestreepte - aan. De dienstbare cargiedrager houdt de giervalk een bakje vogelvoer voor, maar het uiterlijk van Jacques (Jacob) Jordaens heeft deze man nog niet. 

O, ècht schattig... de Vijf-Stralen-Ster is een vlek in de rechterhand van Sint Maarten. Het merkteken daar behelst meer dan enkel een schaduw of de aanduiding van het handchakra.

 

Als het goed is, wordt tijdens de bespreking van de tweede opzet de hoogte-breedteverhouding voor het altaarstuk bewust besproken; beter passend bij het hoofdaltaar of de afmetingen van de abdijkerk. Het formaat van de waterverftekening bedraagt 54,6 bij 38,5 centimeter. Door de maatvoering 1,4 : 1 is deze tekening naar verhouding breder dan het schilderij 'Sint Maarten geneest een bezetene' dat met zijn 4.32 bij 2.69 meter een verhouding van 1,6 : 1 bezit.

Om de dieptewerking te bevorderen moet doorkijk een wolkenlucht krijgen en de arcade verlengd, linksboven dienen de zuilen zowel forser als langer te worden en de trede onderaan wat hoger. Landvoogdes claris Isabella is bij deze bespreking beslist aanwezig. In het definitieve schilderij zijn de oude dame met haar hofdame 'geschrapt' en is de heidense Tetrodius omgewerkt tot haar geliefde, overleden en ingewijde, Albrecht van Oostenrijk. De ontzette blik van Tetrodius verandert in het schilderij in een goedmoedig gadeslaan door Albrecht van het aardse gebeuren. Tetrodius verdwijnt overigens volledig van het toneel en daardoor verbeeldt het schilderij nog slechts de genezing van een bezetene door Sint Maarten. Aartshertog Albrecht pronkt ondertussen twee keer in het zo vurig geambieerde memoriestuk: een keer rechts vooraan als grote sterke man actief in het dagelijkse, aardse bedrijf en centraal bovenaan als goedgeluimde inwoner van het eeuwige, hemelse rijk. Aldus een unieke twee-in-een en een grandioze geloofsverbeelding. 

 

Het eindresultaat mag geslaagd heten en het altaarstuk sluit wonderwel aan bij de splitsing van die ene energielijn in het 'geheime' energielijnenpatroon van de abdijkerk van Sint-Maarten. Maar heel eerlijk, als Jacques (Jacob) Jordaens op het laatst het schilderij concreet onder handen heeft, heeft hij wel een beetje tabak van alle correcties en bemoeizuchtige opmerkingen, maar opdrachtgevers zijn heilig, ook al is landvoogdes Isabella hem als het ware onder de vingernagels gekropen. Dit gegeven in acht genomen, is het voor mij derhalve weinig opmerkelijk dat het energielijnenpatroon van de abdijkerk veel harder 'knalt' in de versie van de waterverftekening met Tetrodius dan in het uiteindelijke memorieschilderij. 

 

Hm, als iemand mij dit behoorlijk magische verhaal van het altaarstuk van de hand van Jacques (Jacob) zou vertellen, zou ik waarschijnlijk hogelijk verbaasd en mogelijk zelfs ongelovig reageren, maar aangezien ik het zèlf meemaak, is het wel waar.

 

Bronnen

- Afbeelding pentekening 'De heilige Martinus geneest een bezetene'. Jacob Jordaens (1630). Antwerpen: Museum Plantin-Moretus/ Prentenkabinet. Publiek domein.

Op 12 november 2021 van https://rkd.nl/nl/explore/images/294333

- Afbeelding schilderij 'De heilige Martinus geneest een bezetene'. Jacob Jordaens (1630). Brussel: Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België. Publiek domein.

Op 9 november 2021 van https://www.fine-arts-museum.be/nl/de-collectie/jacques-jordaens-de-heilige-martinus-geneest-een-bezetene.

- Afbeelding waterverftekening 'Saint Martin of Tours Healing the Servant of Tetrodius'. Jacob Jordaens (ca. 1630). Washington DC: National Gallery of Art. Aanschaf 1993.9.1 via het Ailsa Mellon Bruce Fund and Pepita Milmore Memorial Fund. Publiek domein. Op 15 november 2021 van https://www.nga.gov/collection/art-object-page.79318.html

- Andrews, T. (1997). Luisteren naar Dieren - Spirituele en magische lessen uit het dierenrijk als sleutel tot zelfkennis en bewustzijnsverruiming. Haarlem: Becht.

 

---> 286 JACQUES (JACOB) JORDAENS - Van Rooms-Katholiek naar Calvinist

---> LIEFDE 2021 CT Inhoud

---> QUEESTE

---> HOME