180 HET HEILIG MEER ATITLÁN

Het Heilig Meer Atitlán met de vulkanen Toliman (voor) en Atitlán
Het Heilig Meer Atitlán met de vulkanen Toliman (voor) en Atitlán

RONDWANDELING OP EERSTE KERSTDAG

Thea-Warrior

 

Van 24 op 25 december schrikken we om 00.00 uur wakker van groot vuurwerk: Jezus wordt verwelkomd op Aarde!

 

Na een goed ontbijt in de ontbijtzaal van Rancho Grande Inn besluiten we het Heilig Meer Atitlán over te steken naar het dorp San Pedro La Laguna dat onder tegen de vulkaan San Pedro aan ligt. Natuurlijk zoveel 'Sint-Petrus' kan ik niet uit de weg gaan. Van San Pedro La Laguna kunnen we rond het meer via San Juan, San Pablo en San Marcos naar Santa Cruz wandelen. 15 kilometer in 4,5 uur moet goed te doen zijn. Hm, volgens mij overschat ik  mezelf daar!

 

Het Heilig Meer is van een hemelsblauwe kleur. Ondanks het geluid van het motorbootje is de stilte op het meer van een oorverdovende kwaliteit. Komt dit door de diepte? Werkt het meer als een klankschaal van stilte? De sfeer op het water is  mysterieus. Helemaal zonder geluid overvaren dat moet pas bijzonder zijn.

Als we de vulkaan San Pedro naderen raak ik wat verward. Ik zie een schedelvorm in het groen op de vulkaanwand. Meerdere keren houd ik het fototoestel in de aanslag, maar op de een of andere vreemde manier maak ik geen foto. Idioot om niet te doen met een digitaal toestel. Het rare is dat ik me bedenk wat anderen van zo'n foto zouden vinden: 'Ziet ze een grote schedel in de bebossing en structuur van een vulkaanhelling moet ze er een foto van maken!'

Het gevolg is dat ik geen foto maak. Een tweede overweging houdt in dat ik vind dat de ogen niet erg gelijk zijn. Op de een of andere manier is het rechteroog in de schedelvorm dieper.

 

San Pedro is groter dan we hebben gedacht, waardoor de route op het A4-tje minder gemakkelijk te vinden is. Al met al lopen we meer dan een uur in het rond te dwalen voor we de weg richting San Juan vinden. Al zoekende bezoeken we de katholieke kerk van Sint-Petrus en fotografeer ik een standbeeld van Sint Petrus met het vertrouwde haantje en de sleutel

Het dorp hangt vol mooi geschilderde kreten 'Dios te Ama' - God houdt van je - en 'Jesús Es le Patron de San Pedro' - Jezus ìs de patroon van Sint-Petrus - enz., enz. Met trek verorberen we in een restaurant een pizza om dan via San Juan naar San Pablo te wandelen. Op de hellingen telen boeren koffiebonen en bananen. Er zijn kleine gemengde bedrijfjes en er staan grote, geurende eucalyptusbomen.

 

San Juan heeft een rustige hoofdstraat. In het dorp klinken echter luide muziek en stemmen. volgens ons in het kader van aanstaande verkiezingen. In San Pablo lopen we weer verkeerd en gaan we omhoog naar boven in plaats van direct na de kerk rechtsaf. Het dorp met zijn vele, vele spelende kinderen en open riool raakt ons: we zouden het dorp bijna adopteren, en vragen ons af hoe al die meisjes over vijf of zes jaar allemaal kinderen kunnen gaan krijgen.

 

Als we uiteindelijk in San Marcos zijn, loopt het tegen de avond: over een uur is het donker, dus Santa Cruz halen we niet meer. De vijftien kilometer hebben we er - denk ik - dik opzitten, wat dat betreft lijkt het foldertje niet te kloppen (of ik kan minder goed lopen!). Een man wijst ons de aanlegsteiger, waar de boot uit San Pedro aanlegt.

De tijd dodend bezoeken we de kerststal van de kerk in San Marcos. Iedereen is welkom in die kerststal... of bestormen de indianen het kind Jezus? Buiten spelen jonge vrouwen in prachtige klederdracht met een bal: zoals de sterren en planeten draaien.

Naast ons stapt een bedreigend gevaarlijk uitziende man, met een enorm horloge, in het bootje. Op slag denk ik aan de guerilla die in de bergen zou zitten en dat er wordt gewaarschuwd dat de wandeling - in verband met berovingen - niet geheel veilig is, maar de man keurt ons geen blik waardig. Gelukkig maar, al word ik van zijn negerend gedrag ook onrustig.

Via Santa Cruz varen we terug naar de aanlegsteiger van Panajachel. Ondertussen hebben we een prachtig zicht over het Heilig Meer Atitlán op de vulkaan San Pedro.

 

En spijt dat ik heb dat ik die foto van 'die schedel' op de berghelling van de vulkaan niet heb gemaakt! Hoe ik me ook wend of keer ik zie 'de schedel' niet.